10 jaar, 10 vragen, 10 mensen.
De Consumentenombudsdienst bestaat dit jaar 10 jaar en dat laten we niet onopgemerkt voorbij gaan. Gedurende tien jaar hebben we heel wat gedaan. Geluisterd, gepraat, gezwegen, gelachen, gevloekt, gezucht, geschreven, herschreven, geschrapt, overwogen, heroverwogen, bemiddeld en verzoend. Dat deden en dat doen we niet alleen. Gaandeweg bouwden we een vertrouwensrelatie uit met heel wat mensen en organisaties. En die laten we nu even aan het woord. Tien vragen aan tien mensen over tien jaar COD.
VANDAAG: Cynthia Van der Linden
1. Kan u zichzelf kort even voorstellen?
Mijn naam is Cynthia Van der Linden. Ik ben ombudsman voor het spoor en daarnaast ben ik voorzitter van het directiecomité van de Consumentenombudsdienst.
2. Je hebt de COD mee opgericht. Hoe waren de eerste stapjes van deze dienst?
De eerste stapjes van de Consumentenombudsdienst waren vooral zoekend. Al was het van bij de start duidelijk dat er een grote behoefte was aan deze dienst. Consumenten hadden nood aan een ombudsman die hen kon helpen zoeken naar oplossingen. Dat werd ook duidelijk toen we van bij de start echt veel dossiers te verwerken kregen. Dat heeft de nood onderstreept.
3. Is het makkelijker om ’s ochtends of ’s middags te bemiddelen?
Moeilijk vraag! Ik ben eigenlijk zelf geen ochtendmens, maar ik denk toch dat het in de namiddag iets moeilijker moet zijn om te bemiddelen, omdat de kans bestaat dat de aandacht dan al wat verslapt is. Dus als de bemiddeling niet gepland staat om 06u ’s ochtends, kies ik dan toch maar voor de ochtend.
4. Wat is het leukste aan je job?
Het leukste is vooral om een dossier zo te kunnen aanpakken dat beide partijen tevreden zijn. Je vertrekt vanuit een conflict en zoekt naar een vergelijk. Partijen leren gaandeweg elkaars standpunt kennen én begrijpen en komen zo tot een oplossing.
Een ombudsman kan partijen met elkaar verbinden en dat vind ik het leukst.
5. Hoeveel koffie drinkt een ombudsman gemiddeld op een dag?
Te veel. Dat is het korte antwoord. Ik durf het bijna niet te tellen, dus ik antwoord liever niet op deze vraag. Zonder koffie krijg ik hoofdpijn, zegt dat genoeg?
6. Welke term hoor je liever: ombudsman of ombudsvrouw?
Heel duidelijk: ombudsman!
Ombudsman is een Zweeds woord en heeft niks met geslacht te maken. Volgens mij maken we een fout door er een gender aan te koppelen of door het woord te verbasteren naar ombudsvrouw. Ik ben dus heel categoriek in mijn antwoord!
7. Voor welk gerecht mag men je vragen om ’s middags samen te gaan eten?
Met pasta doe je nooit verkeerd. In dat gamma ben ik verder niet kieskeurig. En nu maar hopen dat veel mensen dit lezen en me willen trakteren!
8. Kan je de COD omschrijven in drie woorden?
Bij de Consumentenombudsdienst denk ik aan professioneel, oplossingsgericht en een topteam! Dat zijn de drie woorden die het voor mij helemaal zeggen.
9. Geef je de voorkeur aan bemiddelen via de telefoon of via e-mail?
Dat is geen zwart-wit verhalen. Via de telefoon heb je een rechtstreekse dialoog en dat kan heel erg interessant zijn, maar via de papieren weg krijg je meer tijd om je standpunt te verwoorden en je ideeën meer vorm te geven. E-mail geeft je ook de mogelijkheid om even afstand te nemen van je standpunt.
Jongere generaties vinden de telefoon ook vaak intrusief. Je overvalt hen, waardoor ze misschien niet de juiste mindset hebben om meteen een gesprek aan te knopen.
Beiden hebben dus voor- maar zeker ook nadelen.
10. Wat wens je aan de COD voor de komende 10 jaar ?
Ik wens de Consumentenombudsdienst eerst en vooral een stevige basis om op voort te kunnen werken. Vervolgens een betere bekendheid bij zowel consumenten als ondernemingen en ten derde wens ik jullie heel veel oplossingen!
